zaterdag 1 januari 2011

Enci-transformatie - en dan nu de uitvoering!

M.i.v. 1 januari 2011 wordt het stokje overgenomen door de stichting "ontwikkeling Enci gebied". De stichting SPA (Sint Pietersberg Adembenemend) neemt als partij namens de omgeving deel aan deze nieuwe stichting. Alle ontwikkelingen kunt u volgen op http://www.sintpietersbergadembenemend.nl

maandag 9 november 2009

4 november persconferentie

9 november 2009 Zijn we er? Bijna, zou je hopen.

Het Plan van Transformatie is nu zo'n beetje klaar. De overeenkomst, het dokument dat iedereen zal ondertekenen, gaat de laatste ronde in.

Tijdens die laatste ronde doemen er natuurlijk hindernissen op.
Blijkt ineens dat Enci niet in staat is om een bankgarantie af te geven, iets wat bij zo'n project gebruikelijk is. Het concern heeft alles wat los en vast zit al in onderpand bij de banken afgegeven.
Een reus op lemen voeten dus, die ook nog eens vergeet bijtijds open kaart te spelen. En dát vindt ik misschien nog wel het lastigst, dat Enci steeds opnieuw maar moeliijk in kan zien dat vroegtijdig met iedereen open kaart spelen het proces juist vérder helpt.



Maar goed,

de persconferentie was toch aanleiding voor een korte terugblik:

Toen na ons burgerinitiatief de met name provinciale politiek besloot inderdaad een actieve regie te willen gaan voeren tijdens de eindfase van de mergelwinning in onze provincie èn dat op een open en transparante wijze te willen doen, besefte niemand, denk ik, dat we een jaar later een voor Limburg toch wel bijzonder verhaal zouden kunnen vertellen.


Het voelde wat onwennig, die opdracht van de politiek om de omgeving erbij te betrekken.
Dus toen wij van SPA ons aanmelden bij de projectgroep om mee te gaan doen, moest het apparaat wel even "schakelen".

Eenmaal aan tafel, merkte we al snel dat wat wij doormaakten eigenlijk voor iedereen gold: alle partijen moesten over hun rigide standpunten heen stappen en op zoek gaan naar de gemeenschappelijkheden.
Dat was misschien moeilijk voor "de omgeving", maar dat was ook minstens zo moeilijk voor b.v. de mensen van Enci.

Het werd pas helemaal leuk toen ook de vereniging Natuur Monumenten besloot mee te gaan doen. Zij zijn vanuit een houding langs de zijlijn gegroeid naar een zeer actieve en constructieve rol.

Als voorzitter van de werkgroep groeve heeft de deelnemer namens Natuur Monumenten, uiteindelijk een stevig stempel op de gang van zaken daar gedrukt.

En dat was niet eenvoudig, omdat de kennis voorsprong bij Enci en haar secondant Groenbeheer groot was.

Enci begreep intussen ook steeds beter dat samenwerking ook een meerwaarde kan hebben. De uitwerking van de plannen rond het bedrijventerrein betekenen dat Enci daar flink de wind in de rug heeft bij de herontwikkeling van het gebied. Dat is mooi, ook voor de werkgelegenheid.
Tegelijkertijd heeft Enci ook moeite om het denken in opbrengsten los te laten.
Bij alle gesprekken over de groeve bleef zij naar mijn mening te lang vasthouden aan maximalisering van de opbrengst ook tijdens die laatste jaren.
Out of the box denken is lastig als je denkraam eigenlijk een telraam is.

Geld is en blijft een heikel punt.
Ook bij de garantstelling, een normaal aspect bij dit soort pojecten, blijkt Heidelberg Zement maar moeilijk vol aan de bak te kunnen of te willen.
Creatief schuiven met de termijnen probeert deze angel uit het proces te halen.
We zien wat er zomaar 2 jaar later kan gebeuren bij b.v. de Sphinx en dat willen we hier toch ècht proberen te voorkomen.

Zijn we gelukkig met dit plan van transformatie?
Ik kan moeiteloos een lijst van punten opsommen waar ik niet blij mee ben.
Maar, ik kan ook een lijst opsommen van punten waar ik wèl blij mee ben.
Punten waarvan ik weet dat ze er zo staan omdat ook wij aan tafel zaten.
Ik ben blij omdat we straks een groeve terugkrijgen waar écht we wat aan hebben.

Ik ben blij omdat de oven straks zeker weten stopt.
Ik ben blij omdat op de bedrijventerrein straks volop kansen zijn voor bedrijvigheid en dus werkgelegenheid, die beter past in het gebied dan wat er nu gebeurt.
Ik ben zelfs blij dat Enci de kans krijgt op die plek ook zelf een conversie naar een nieuwe toekomst door te maken.
Het is daarbij belangrijk dat we vooral de gezamenlijkheid luid en duidelijk bedrukken door ook gezamenlijk voor het plan te tekenen.

Onder de streep is mijn conclusie dat we met dit verhaal verder moeten.
Jan Mans, de voorzitter van de stuurgroep, heeft gelijk: na zo'n gezamenlijke aanloop moet je ook samen springen.

De stichting SPA i.o. verheugt zich dan ook op de toekomstige samenwerking in de Stichting Overgangszone.

Zo blijven we er met onze neus bovenop zitten en houden we een vinger in de pap.
Met geen andere bedoeling dan er samen wat moois van te maken.

zaterdag 3 oktober 2009

3 oktober 2009 Noe geit 't gebäöre...

Komende week (die van 5 oktober) komen we in een stroomversnelling.
Externe adviseurs, stuurgroep, de politiek, iedereen buigt zich over de concepten die nu in de eindfase komen. Het "Plan van Transformatie" en de bijbehorende "civielrechtelijke overeenkomst" zijn kerndokumenten waarin beschreven wordt wat er precies gaat gebeuren, wie dat doet en wie wat betaalt. En wanneer het werk gedaan is.......
Alle dokumenten die het daglicht kunnen verdragen vindt u op de website http://www.encitransformeertnu.nl/.

Noe geit 't gebäöre...

Bedrijventerrein
Hier heeft ENCI werkelijk alle wind mee. Doordat de gemeente/provincie en omgeving volop meewerken, is de kans op succes groot. Dat betekent, dat ook de werkgelegenheid in het gebied volop kansen krijgt.

Er zijn wel randvoorwaarden:
- Milieubelasting en andere overlast (geluid) mag niet uitstijgen boven de contour die de resterende maalderij veroorzaakt. Dus nieuwe bedrijven die, afhankelijk van de zone, cat 5, 4 of 3 zijn, dienen daar niets aan toe te voegen.
- Het gebied dient uiteindelijk ook een open doorgang (ergens in het midden) naar de overgangszone en groeve te bieden. De aard van bedrijven en bebouwing dient dat mogelijk te maken.
- Door de zonering dienen grenzend aan de overgangszone en de groeve een type bedrijven te landen die de kansen voor de overgangszone en de groeve verhogen en dus qua activiteit en/of beeld niet "met de rug" naar de groeve te staan.

Bij dit alles hoort de expliciete vaststelling dat de oven sluit bij het beïndigen van de winning in de groeve van de Pietersberg.

De gemeente stelt als eis dat het bedrijventerrein niet mag concurreren met andere terreinen in de stad. Ik denk dat die afstemming met elders ook juist een voordeel kan zijn, omdat bedrijven die elders weg moeten om een terrein te kunnen herstructureren, dan eventueel bij de ENCI terecht kunnen.
Belangrijke unieke eigenschappen zijn de kade faciliteiten en eventueel hergebruik van een grote loods (met infrastructuur in de grond), waardoor het ENCI terrein zich onderscheidt van andere terreinen.

Noe geit 't gebäöre...

Overgangszone
Inhoudelijk zijn hier geen grote verschillen van inzicht.
Mijn grootste probleem is dat deze strook n.m.i. zonder groeikern geen faire kans maakt. Daarom wil ik graag dat ENCI daar behalve "bouwrijp" ook een gebouw (bezoekerscentrum) realiseert.
Dit is zeker geen overdreven eis omdat veel van de bedachte afwerking in de groeve eigenlijk geen nieuwe elementen bevat in vergelijking met afwerking die in afwerkplannen van vóór het transformatie verhaal al op tafel lagen.
M.a.w: welke meerwaarde realiseert ENCI eigenlijk?
Probleem daarbij is dat veel deelnemers aan de gesprekken nú, de oude dossiers gewoon niet kennen en niet weten welke elementen nieuw zijn (en dus meerwaarde) en welke in feite sigaren uit eigen doos...

Noe geit 't gebäöre...

Verbindingen met de omgeving
Dit onderdeel is het zwakst ontwikkeld. Het denken erover is laat op gang gekomen en men heeft verzuimd als eerste kontakten te leggen met de (buitenlandse) buurgemeenten. Dat laatste gaat nu wel gebeuren.
Een extern advies dat de gemeente in dit verband door een buro liet uitbrengen is n.m.i. volstrekt onder de maat: geografisch te beperkt en inhoudelijk oude koek.
Alle elementen uit dit verhaal zijn al eerder besproken en in meerderheid van tafel verdwenen. Van zo'n professionele adviseur verwacht je nieuwe inzichten die wat toevoegen en geen herkauwen van oud materiaal.
Geen geld meer aan zulk onderzoek uitgeven - mijn idee.

Noe geit 't gebäöre...

Groeve
Na een eerste concept waarin 2 afwerkvarianten (A en B) werden gepresenteerd, is nu een variant-C in bewerking.

Kort samengevat:
Variant-A levert een groeve waarin m.n. langs de westrand redelijk veel droge mergel achterblijft en dat is belangrijk omdat die nodig is voor de ontwikkeling van kalkgrasland (kgl).
Kgl is een belangrijke doelstelling omdat daar in Limburg nog maar weinig van voorhanden is en de groeve daar bij uitstek kansen voor biedt.
Voor Natuurmonumenten is het een prioriteit.
Als gevolg hiervan is ENCI eerder klaar met graven (medio 2017) en weigert zij details in de afwerking te realiseren elders in de groeve.

Veel van die afwerkdetails zijn echter in o.m. het vigerende afwerkplan Taken gewoon al geregeld (afwerking OEHOE vallei, afwerking silexstort) en worden hier n.m.i. onterecht als onderhandelingsobject door ENCI gebruikt.
Ze vertegenwoordigen geen meerwaarde t.o.v. vroeger.

In die zin is de variant "nul-optie" uiterst aanvechtbaar, omdat die slechts als doemscenario is opgevoerd en op geen enkele wijze de voor 2015 geldende afwerkplannen representeert (het formele Plan Taken of het vage en niet geformaliseerde concept verborgen valleien).

Variant-B realiseert maximaal doorgraven en compenseert dat door allerlei detaillering in de afwerking van de groeve toe te voegen.Variant-B realiseert ook een volledig randmeer (of "goot") langs de west- en noordrand die een kompenserende werking zou moeten hebben voor het grondwaterniveau in het Jekerdal.
Deze goot is ingewikkeld en zeer bepalend voor de wijze van afwerken van de groeve. Bovendien rezen ernstige twijfels aan de effectiviteit van de groeve voor het milieu op maaiveldniveau in het Jekerdal.

Om deze redenen heb ik de goot met argumenten aangevochten en mede daardoor bereikt dat de stuurgroep opdracht gaf om een Variant-C te ontwikkelen, waarin de goot verdwijnt, er meer droge mergel achterblijft dan in B en de afwerkdetails van B gehandhaafd blijven. Alleen als later blijkt dat om juridische redenen (vergunningstekst) de goot door derden afdwingbaar blijkt, wil de stuurgroep terugvallen op Variant-B. Vanwege de vermeende meerwaarde in de afwerking.

Natuurmonumenten en omgeving zijn daar mordicus tegen omdat Variant-B de laagste potenties in natuurwaarden realiseert èn de groeve geheel leeglepelt.
Ik opteer dan ook voor Variant-A als terugval variant en heronderhandelen van het afwerkingsniveau conform mijn opmerkingen hierover elders.
Er zijn geen verschillen in gevolgen voor de plannen rond de overgangszone en het bedrijventerrein tussen beide varianten.

Het eerste concept dat ik van C heb gezien realiseerde n.m.i. onvoldoende droge mergel extra. Alleen het volume van de afgevoerde goten structuur die nu extra kan worden afgegraven werd ingebracht als droge mergel plateau's, geen toename van de hoeveelheid dus. Ook Natuurmonumenten argumenteerde dat m.n. de droge mergel gebieden te vlak waren.
In een volgend concept waren de hellingen steiler, waardoor er per saldo meer droge mergel achterblijft: plm 300.000 m3. Het equivalent van 8 maanden graven.

Noe geit 't gebäöre...

Mijn kritiek op Variant-C zoals die nu voorligt is:
Droge mergel
De strook droge mergel zou zich eigenlijk nog wat verder naar het zuiden moeten uitstrekken langs de westrand. Dit hoeft geen dikke laag te zijn en vergt van ENCI slechts een gering offer. Het gaat erom dat nèt boven de grondwaterstand (= overgang natte > droge mergel) gestopt wordt i.p.v. eronder. Natte mergel die extra achterblijft interesseert ENCI niet, omdat daar elders in de groeve nog een grote voorraad van is. Deze extra strook droge mergel ligt weliswaar in toenemende mate in de schaduw van de westrand, maar biedt toch meer perspectief dan een veel lager en natter gebied. Daarnaast vind ik al te veel zeer hoge steile wand langs de westrand zorgelijk i.v.m. de stabiliteit op zeer lange termijn.

Noe geit 't gebäöre...

Financiering afwerking
Mijn inzet (en die van de meeste anderen) is dat de groeve en omgeving met meerwaarde in de afwerking worden opgeleverd aan de bevolking klaar voor gebruik. Het kan dan niet zo zijn dat allerlei onderdelen van de afwerking (toegangspartijen, basale bouwkundige voorzieningen a.d. rand van de groeve, bezoekerscentrum als aanzet ontwikkeling overgangszone) als losse eindjes ter financiering ten laste van de gemeente en/of provincie komen. Dan verkeert meerwaarde in minderwaarde en dat kan niet de bedoeling zijn.

Noe geit 't gebäöre...

Bescherming westrand
De bescherming van de westrand en de de belangrijke cultuurhistorische elementen dient explicieter beschreven te worden in het plan. Men refereert nu marginaal aan een hydrologisch onderzoek over de hele groeve dat in de marge (2 alinea's) bijna terzijde suggereert dat het wel snor zit met die westrand. N.m.i. onvoldoende grond om het vertrouwen te hebben dat over 200 of 300 jaar de westrand nog geheel intact zal zijn. Ook blijkt de geringe aandacht voor dit onderwerp uit de voorgestelde profielen van de groevewand op diverse plaatsen. Ter plaatse van b.v. de befaamde loopgraaf en het uitkijkpunt er vlak naast, werd in eerste instantie een profiel getekend dat bij uitvoering betekende dat beide zouden verdwijnen.....

Noe geit 't gebäöre...

Algemeen
De beschrijving van alle elementen die ENCI realiseert moeten in het "plan van transformatie" òf in de "civielrechtelijke overeenkomst" in detail beschreven worden. Anders ontstaat er een bandbreedte waarbinnen de ENCI altijd zal proberen op het minimale resultaat te koersen. Het moet gewoon duidelijk zijn wat de meerwaarde is en waar we op koersen.Er staat namelijk ook een prijs tegenover: jarenlang extra overlast, vervuiling èn een Pietersberg waar steeds minder van over is. Èn nieuwe directe en indirecte werkgelegenheid die steeds langer op zich laat wachten.

Eigenlijk zou ik het liefst zien dat alle objecten van meerwaarde van een prijskaartje worden voorzien. Dan weet je tenminste precies waar je het over hebt. Veel van de detaillering in de afwerking van de groeve is n.m.i. niet zo duur en bepaalt alleen hoe er de laatste jaren gegraven wordt.

De extra boost die ENCI krijgt bij de herontwikkeling van haar bedrijventerrein is misschien wel de grote bonus voor ENCI. Wie heeft er dan meerwaarde bereikt?

De afronding komt nu in een snelle draaikolk naar de besluitvorming terecht. Of er dan nog onderhandeld wordt (met telmachine erbij) is zeer de vraag.
Het is denkbaar dat de stuurgroep vooral op een politiek verkoopbaar plan afstevent en dat pas later blijkt dat vooral ENCI een meerwaarde heeft bereikt en niet de samenleving.

Noe geit 't gebäöre...
Waar heb ik dat toch eerder zo vaak gehoord?

maandag 3 augustus 2009

3 augustus 2009 - Spookbeelden in de mist...

Deze weken wordt er, ondanks de vakanties, hard naar de finale toe gewerkt.

MOB, een onderzoeksbureau uit Nijmegen, voert in augustus een onderzoek uit naar de uitstoot van ENCI.
Meer hierover leest u op http://www.encitransformeertnu.nl/.
Deze mensen zijn gepokt en gemazeld in de mergelindustrie. Ik verwacht dat ze een verassend licht kunnen werpen op de stoffen die bij ENCI uit de schoorsteen komen en wat daar eventueel aan te doen is. Dat is belangrijk, omdat langer winnen door ENCI automatisch ook betekent dat er langer gestookt wordt.
Om een goed compromis te kunnen maken, moet je wel weten waar je over praat en wat de mogelijkheden zijn.

In de werkgroep groeve wordt nu langzaamaan duidelijk wat er van de verschillende scenario's die men daar opstelt verwacht wordt. Wat wordt de balans tussen tijd, hoeveelheden mergel die ENCI nog mag afgraven en de toestand waarin de groeve uiteindelijk wordt achtergelaten?
Hoeveel (droge) mergel blijft er over om b.v. kalkgrasland mee te maken?
In de gesprekken is gelukkig sprake van voortschrijdend inzicht: belangrijke doelstellingen dienen in elk scenario expliciet terug te vinden te zijn, zoals de bescherming van de kwetsbare plekken aan de westrand, het realiseren van een gevarieerde en kansrijke natuur in de groeve en beheersing van het water in en buiten de groeve.

Hot item daarbij is het randmeer, een kunstmatige goot langs de west- en noordrand van de groeve. Hiervan hoopt men (nader onderzoek moet hierover duidelijkheid scheppen) dat die enig positief effect zal hebben op de diepe grondwaterstand in het Jekerdal en dat ìn de groeve het water hierdoor op hoger niveau vastgehouden kan worden.

Deze goot is als concept wat onzeker, maar toch interessant. Probleem is alleen dat hij in de ogen van sommigen langs de hele west- en noordrand als een doorlopende goot gerealiseerd dient te worden. Dat zet zó'n stempel op de manier van afwerken in de groeve dat allerlei andere belangrijke elementen, zoals variatie in hoogtes ter plekke van b.v. de Scharkgroeve en de afscheiding naar de OHOE-vallei daaronder lijden.
Hij is ook ingewikkeld, waardoor afwerking van de groeve voor 2020 niet haalbaar lijkt. In mijn ogen is die goot dan ook vooral nuttig als je nog lang wilt doorgraven.

Daarom heb ik voorgesteld die goot op te delen in losse stukken. Veel van de voordelen blijven daardoor behouden, terwijl het grootste nadeel, een ingewikkelde en langdurige afwerking die veel ander wenselijks in de groeve onmogelijk maakt, daardoor wegvalt. Èn je kunt heel snel alvast een stukje aanleggen, zodat je over een paar jaar al kunt zien of het idee uberhaupt werkt.

Alles heeft ook te maken met de hoeveelheid mergel die na 2015 nog gewonnen mag worden.
Het hele transformatie proces is begonnen met de inzet om tot een voor iedereen leefbaar compromis te komen. Ik denk dat ENCI daarom op enig moment haar wens tot maximale winning (900.000 m3 per jaar tot eind 2019) los moet laten. Zo goed als andere partijen het "stoppen in 2015" los moeten laten.

Dat schreeuwt om een intelligent en genuanceerd verhaal.
En dàt is nu net een beetje het probleem in deze fase.
We komen zolangzamerhand op het punt dat er gewoon onderhandeld moet worden. Wie geeft wat prijs en wat krijgt hij er voor terug.
Op zo'n moment is de neiging de schuttersputjes weer in te duiken groot: vertegenwoordigers van ENCI stellen plotseling onomwonden dat maximale ("commerciële") winning tot eind 2019 uitgangspunt dient te zijn. En anders gaat in 2015 het hek gewoon op slot en bekijken we het verder maar.
Tja, wat moet ik dan anders dan de bal terug kaatsen en stellen dat de politiek nu juist heeft bepaald dat stoppen in 2015 de basis is. Dat langer doorgaan alleen mogelijk is bij en in dienst moet staan van een plan met een duidelijke meerwaarde voor het gebied. En dat de einddatum en hoeveelheden te winnen mergel dus deel uitmaken van het compromis.
Vervolgens ontbrandt een exegese of commerciële winning ná 2015 wel of geen maximale winning betekent. In mijn ogen niet dus!

Tegelijkertijd moeten uit de werkgroepen echter steeds genuanceerder verhalen komen. Hiermee moet tenslotte het uiteindelijke compromis in elkaar gezet worden.
Het valt daarbij op dat we rond het bedrijventerrein, de overgangszone en de verbindingen welliswaar verschillen van mening hebben, maar toch ook wel uit de mist iets van een gemeenschappelijk beeld zien opdoemen.
Als het over de groeve gaat, lijkt ENCI echter tot geen compromis bereid en is de mist nog potdicht.
Ondertussen gaan we dapper door met het maken en keuren van plannen, scenario's en onderzoeken. Als straks de tijd dringt en de onderhandelingswind opsteekt, zal de mist verdwijnen. Dan zal blijken of we ons huiswerk goed gedaan hebben en er echt land in zicht is.




zaterdag 6 juni 2009

6 juni 2009 Mergel - what else?

14/15 mei: anderhalve dag vergaderen om o.a. de reacties op de concept contourennota te bespreken.
U vindt de 33 reakties op http://www.encitransformeertnu.nl/?p=531#more-531.
Belangrijk was de rode draad die door het merendeel van deze reacties liep: grote zorgen over de invulling van het bedrijventerrein, het soort bedrijven, de toegankelijkheid van het groeve terrein via het bedrijventerrein, zorgen over de uitstoot bij verlengde winning en, opnieuw, een voorkeur voor een wat behoudende invulling van het groeveterrein. Men heeft ook zorgen over de grootte, positie en invulling van het overgangsgebied dat naar de mening van velen teveel in de groeve wordt gepositioneerd.

Naar mijn idee hebben we ons best gedaan om deze feedback in de definieve nota te verwerken.
Apart punt blijft de in de nota gebruikte kaart, die aanvankelijk alleen als schetspapiertje werd gebruikt, maar feitelijk volstrekt gedateerd is. Deze zal nu voor de definitieve versie op niveau gebracht dienen te worden.

2 juni: de eerste ronde met de 3 externe deskundigen.
Om deze 3 heren direct duidelijk te maken om wat voor gebied het gaat, zijn we nu eens niet via de fabriek de groeve in gegaan, maar is iedereen na aankomst bij de fabriek in 3 auto's gestapt en omgereden naar de parkeerplaats onderaan de Poppelmondeweg. Vandaar zijn we eerst het balkon op gelopen, vanwaar je een mooi overzicht hebt over de groeve met de fabriek in de verte èn een goede indruk krijgt van de kwetsbare westrand. Vervolgens liepen we over de Poppelmondeweg richting Duivelsgrot en ergens in de grote bocht kun je dan links door een klaphek plots steil naar beneden de groeve in. Onderaan is er naar links een doodlopend pad dat inmiddels flink overwoekerd is. Gewapend met een snoeimes hebben het toch uitgelopen.
De moeite waard, omdat je aan het eind onderaan een echte en verassend steile wand staat. Een prachtige preview van wat in de toekomst in de groeve hier en daar te zien zal zijn. Ik kan u aanraden hier ook eens heen te gaan.
Vervolgens liepen we het pad terug met hier en daar een spectaculair zicht in de groeve, waarna we door het hek bij de visvijver langs de Poppelmondevallei (een voorbeeld van afwerking conform Taken) naar het industrieterrein liepen.
Zo kwamen we via de achterdeur de fabriek binnen, linearecta over het bedrijventerrein naar de kantine omdat daar inmiddels wat te schaften viel.....

's Middags volgde een informatieronde waarbij presentaties over het industrieterrein, de reacties van de omgeving en de voortgang in de
werkgroep groeve op de agenda stonden.

En toen begon de dag wat rommelig te worden.
Al snel werd me duidelijk dat het verhaal over het bedrijventerrein vooral de visie van ENCI etaleerde. En dan ontaardt een nette voorlichtingsbijeenkomst al snel in een wat kattige diskussie. Van ENCI zijde werd op een bepaald moment zelfs beweerd dat bij beïndiging van de winning 200 arbeidsplaatsen zouden verdwijnen. Volstrekt verzuurde wijn uit nog oudere zakken!
De klap op de vuurpijl was de voorbarige presentatie van een nog concept scenario om de afgraving van de groeve pas eind 2019 te laten eindigen. Hier bleek dat het uitgangspunt "geen commerciële winning na 2015" volstrekt genegeerd wordt en stelt men doodleuk voor het inrichtingsplan van de groeve zó te plooien dat ENCI tot eind 2019 maximaal kan blijven winnen.
Een plan waarbij bovendien geen rekening wordt gehouden met de kwetsbare westrand door daar overal een afwerking met steile wanden voor te stellen.

Volstrekt onverantwoord en in tegenspraak met alles wat vooraf door de politiek in grote meerderheid is gesteld.
U begrijpt, van keurige voorlichting aan de 3 heren was geen sprake meer en de middag eindigde in een stekelige interruptie discussie.

De 3 heren begrepen inmiddels wel dat het transformatieproces nog lang niet in de fase van gezamelijke standpunten is beland.....
Waarna voorzitter Jan Mans iedereen de kamer uitstuurde, zodat de adviesgroep in beslotenheid haar eerste conceptadvies kon opstellen.

Voor mij een leerzame dag: we komen nu duidelijk in de fase van de uitwerking. En dan blijkt dat ENCI nog steeds vast houdt aan haar wens om tot 2020 maximaal te blijven winnen en daar ondertussen alleen wat wisselgeld voor over heeft. Exploitatie van het bedrijventerrein wordt bij voorkeur afgeschermd van enige verwevenheid met de rest van het gebied, de overgangszone moet vooral buiten het bedrijventerrein gepositioneerd worden en de afwerking van de groeve staat in dienst van maximaal afgraven tot de maximale termijn.
En dat is allemaal strijdig met de uitgangspunten van dit transformatieproces en de kaders die de gemeentelijke en provinciale politiek hebben gesteld.
Het burgerinitiatief van het personeel dat vroeg om commerciële winning tot 2020 is op beide plekken met een duidelijke meerderheid verworpen. De politiek heeft indertijd gereageerd door met ruime meerderheid moties aan te nemen en die zijn duidelijk over de ingredienten èn de daaruit af te leiden einddatum ergens tussen 2015 en 2020. Na 2015 geen primaat meer voor de commerciële winning (en dus o.m. geen 400.000 kub droge mergel meer per jaar).
Dan behoren er geen afwerkscenario's uit een werkgroep groeve te rollen die onverbloemd een volop commerciële winning tot eind 2019 faciliteren.
Kortom: Mergel - what else?

Ondertussen ben ik wel nieuwsgierig naar het voorlopig advies van de 3 externe deskundigen....

donderdag 23 april 2009

20 april 2009 Tunnelvisie
Maandag 20 april was het zover: de concept contourennota werd aan de buitenwereld gepresenteerd tijdens een contactavond met de "omgeving".
Een concept contourennota, die probeert om een basis te leggen voor het komende keuze proces. Wat willen en kunnen we wèl realiseren en wat is misschien niet de juiste weg om te gaan. Dit, zonder al te konkreet te worden, het is tenslotte een contouren nota. Voordat het verhaal wordt vastgelegd en o.m. aan externe deskundigen en de politiek verantwoordelijken wordt voorgelegd, is het goed om belanghebbenden te raadplegen. En daar kwamen m.i. wel een paar duidelijke reacties op tafel.
Het schrijven van een contouren nota, betekent in feite het indikken, sorteren, rubriceren en veralgemeniseren van alle ideën die tijdens de "droomfase" zijn aangedragen. Dat heeft o.m. tot gevolg dat interessante en opvallende ideën wat buiten beeld raken. Anders gezegd: de kleur gaat er een beetje vanaf.
Ook omdat dat schrijfproces zich binnen een beperkte kring van belangenpartijen afspeelt. Bepaalde aanzetten die daardoor in de nota ontstaan stuitten op kritiek: De wat eenzijdige invulling van het industrieterrein, de daardoor slechter wordende ontsluiting van de groeve èn het steeds verder in de groeve schuiven van het overgangsgebied bleken ontwikkelingen waar veel van de aanwezigen 20 april niet enthousiast over konden worden.
En dat is goed: de bedoeling van die avond was ook om het werk te toetsen alvorens het verder af te ronden. Zo'n avond brengt alle betrokkenen er weer toe de diverse nuanceringen nog eens goed af te wegen.

Duidelijk werd dat Enci bij de gezochte invulling van het industrieterrein afkoerst op van haar eigen branche afgeleide bedrijvigheid en steeds minder bereid lijkt om een gevarieerde en voor publiek toegankelijke zone toe te willen staan.
De discussie wordt bovendien bemoeilijkt omdat Enci niet bereid is inzichtelijk te maken wat voor het bedrijf nu de werkelijke pijn is als ze b.v. in 2017 zou moet stoppen i.p.v. eind 2019, wat ze nadrukkelijk blijft nastreven.
Onder het mom van "kritische bedrijfsinformatie" houdt men gewoon onder tafel waarom men zo lang door wil gaan en dat is bizar omdat andere deelnemers aan het proces wèl hun nek hebben uitgestoken door voor hen inhoudelijk onaanvaardbare scenario's op consequenties te bediscussiëren.

Kortom Enci lijdt, lijkt het wel, aan tunnelvisie. Het hele idee van het transformatieproces is juist dat iedereen aan tafel schuift met de nadrukkelijke inzet er samen creatief èn genuanceerd uit te komen. Eén partij die dan star vast blijft houden aan haar wens om tot eind 2019 door te willen gaan en bovendien niet bereid is met gegevens haar claim te onderbouwen - daar moet duidelijk nog een kwartje vallen.....

De krant, De Limburger, kan er in haar berichtgeving overigens ook wat van. Onder de kop "...banen versus natuur", gaat ze er volledig aan voorbij dat werkgelegenheid geen strijdpunt, maar prioritair aandachtspunt is in dit transformatieproces: iedereen wil werkgelegenheid realiseren en in alle varianten die nu op tafel liggen is dat ook gewoon het geval.
Die mooie dromen, mijnheer de journalist, zijn geen zielig en tot mislukken gedoemde hemelfietserij, maar nadrukkelijk onderdeel van het proces. Alleen zó kunnen betrokkenen hun inbreng met klaarheid inbrengen en loopt de planvorming de kans om interessante, kansrijke en fantasievolle elementen te bevatten. En die bovendien ook duurzame werkgelegenheid opleveren.
Het is niet "banen òf natuur", het is gebiedsontwikkeling die o.a. banen èn natuur oplevert.
Het "journaille" is, lijkt het wel, niet in staat om te zien dat er zich een proces van ontwikkeling voltrekt. Vasthouden aan oude denkkaders leidt dan tot "tunnelvisie".
Voorbeeld: de "propellerfabriek". Door uw tunnelvisie kon u niet waarnemen dat zo'n fabriek door velen juist wèl werd gezien als een potentiële aanwinst. Het diskussiepunt was een heel ander, namelijk dat Enci het transformatie proces blijkbaar niet serieus genoeg neemt om, ondanks nadrukkelijke afspraken om dat wèl te doen, zo'n potentieel belangrijke participant vroegtijdig te melden in het transformatie overleg.
Enci belooft links vroegtijdig te melden en spreekt rechts geheimhouding af. Dat is niet handig en slaat bovendien nergens op als andere betrokkenen met een grote mond gewoon vroegtijdig naar de pers lopen.

Niet sjiek.

dinsdag 7 april 2009

7 april 2009 Voetbal is emotie
Afgelopen vrijdag werd tijdens een emotionele en soms heftige diskussie duidelijk dat ENCI er nog steeds vanuit gaat dat met een mooi plan doorgaan tot 2020 realiseerbaar moet zijn.
En dat is, denk ik niet conform de teksten van de gemeenteraad en Provinciale Staten.
Die datum dient een resultante te zijn van serieus onderzoek naar meer en minder waardes die doorgaan na 2015 tot gevolg hebben.
Uit de werkgroep groeve wordt nu b.v. wel duidelijk dat langer afgraven de speelruimte voor een waardevolle afwerking al snel doet afnemen.

De opdracht van de politiek is niet strak ingekaderd en natuurlijk is het lastig om zonder gedetailleerde kaders te moeten opereren. Maar de politiek heeft toch wel wat randvoorwaarden meegegeven - zie de teksten van de moties in maastricht en de provincie. Aan ons om een duidelijk verhaal op tafel te leggen en dat is inderdaad een flinke opdracht.
Het punt is dat de verschillende betrokkenen deze randvoorwaarden verschillend interpreteren. ENCI ziet alles als uit te delen snoepjes, typisch de interpretatie van iemand die persé door wil gaan tot 2020 en vervolgens alles met de hark naar zich toe redeneert. Om te onderzoeken waar de pijnpunten liggen heb ik juist aan Peter Mergelsberg (ENCI) gevraagd nu eens op te schrijven waar voor ENCI de pijn zit als ze in juni 2017 stoppen. Alles is relatief, de wereld vergaat niet, er wordt gewoon wat minder winst gemaakt - denk ik. Maar daartegenover kan ENCI een veel snellere (want door de transformatie gefaciliteerde) start maken met de ook door haar zelf nagestreefde transformatie naar een nieuwe produkten. Daarom ben ik nieuwsgierig naar zijn reaktie.
Naar mijn inzicht zijn de gevolgen van b.v stoppen in 2015 (het andere uiterste) toch een beetje genanceerd. Een aan tal zaken uit de plannen zullen ook wel zonder de inbreng van ENCI en de beschikbaarheid van een deel van het bedrijventerrein gerealiseerd worden. Een paar andere zaken zijn ook in het belang van ENCI en hebben in elk scenario een kans van slagen. Uit de groeve werkgroep wordt nu bevestigd dat juist stoppen in 2016 grote voordelen oplevert voor de afwerking daar. Kortom, het verhaal is genuanceerd, denk ik.
Maar natuurlijk zijn er ook punten die van langer doorgaan afhankelijk zijn en die iedereen graag wil.
Naar mijn (oprechte) inzicht heeft dit dossier veel ingredienten die uiteindelijk tot een compromis zullen leiden, ook vwb die datum.
Ik roep daarom iedereen op die echt bespreekbaar te maken.

Iedereen dient bereid te zijn om wat water bij de wijn te doen en zo een eindscenario te realiseren dat op onderdelen acceptabel&leefbaar is en toch ook meerwaarde oplevert voor het eindresultaat.
Voor ENCI geldt: join the club.
Die puur defensieve houding moet ook ENCI nu eens verlaten.
We beslissen nog niets, maar de discussie moet wel wat vrijer/opener worden, anders komen we nooit tot genuanceerde beelden.

Wat het industrieterrein betreft nog het volgende: ik weet niet wat de berichtgeving in de pers over die windmolen bladen waard is. Ik vindt het een interessant idee om zo'n bedrijf daar te vestigen. Als het serieus is, zal het de invulling van het terrein goeddeels bepalen (1000 banen...) en dus grote gevolgen hebben voor de verdere inhoud van het transformatieplan. Wat me niet bevalt is het simpele feit dat ENCI dit hele verhaal tot op heden niet( en al helemaal niet "vroegtijdig") in de projectgroep heeft gemeld. En dat was wèl afgesproken. Dit versterkt niet het beeld van een ENCI die zich commiteert aan een transformatie proces. Er wordt namelijk gesuggereerd dat er al een overeenkomst met ENCI over dit verhaal is getekend.

woensdag 1 april 2009

1 april 2009 Contouren – scherp of omfloerst?
24 maart is het concept van de contouren nota besproken.
Het stuk geeft een goede indruk van alles waar we het zolangzamerhand wel over eens zijn.
De echte beslissingen en dus compromissen zullen echter nu ook eens op tafel moeten komen.
Belangrijk daarbij is of verlengde winning ook daadwerkelijk een positief verschil maakt voor het eindresultaat en wat de prijs is voor de omgeving: gewoon nog een paar jaar extra luchtverontreiniging slikken of doet ENCI na 2015 aan substantiële reductie van uitstoot?
ENCI dient nu toch te begrijpen dat de wettelijke normen voor cementovens geen basis meer kan zijn voor de ovenactiviteiten na 2015. Er wordt afgesproken de kosten van verdergaande filtering globaal te (laten) onderzoeken.
Ander probleem is de gemeente, die slechts in algemene bewoordingen over de toekomst van het gebied spreekt. Een uitgebreide afstemming met o.m. de overige bedrijventerreinen in de gemeente is voor haar belangrijk, maar m.i. niet realistisch want veel te tijdrovend. Kortom, de gemeente dient haar knopen te tellen en een positie in te nemen.


Wat het bedrijventerrein betreft, wat er aan de uiteinden gaat gebeuren wordt nu wel duidelijk. ENCI wil groeikern zijn van cement en bouwtechnologie gerelateerde bedrijven. Het overgangsgebied naar de groeve zal plaats bieden aan natuur, recreatie, sport en cultuur gerelateerde aktiviteiten. Hoe die twee op elkaar aansluiten? Dat is van veel faktoren afhankelijk, niet in het minst van de bedrijven die zich daadwerkelijk in het gebied zullen willen vestigen en de vraag of ENCI over enkele jaren nog wel perspectief ziet voor een maalderij in Maastricht en op het terrein de rol van economische motor kan vervullen. Voor ENCI is een belangrijk perspectief dan ook dat van geleidelijke verandering van haar activiteiten om zo haar kansen op een toekomst te verbeteren.
Een globaal concept waarbij het terrein vanuit de uiteinden ontwikkeld wordt spreekt iedereen aan. Een flexibele en goed geregiseerde invulling op basis van een zonering èn naargelang de kansen op daadwerkelijke invulling zich aandienen, lijkt me de weg te gaan.


What's next? Doorgaan: in kaart brengen en dus op papier zetten van de relatie tussen langere winning en de gevolgen voor vervuiling, realiseerbare natuurwaarden in de groeve, etc. Proberen concreter te worden en zo uiteindelijk tot een resultaat te komen.

woensdag 18 maart 2009

17 maart 2009 Common ground
Om nu eindelijk eens concreet te worden werd door de diverse deelnemers aan de projectgroep vandaag een korte presentatie gegeven van een mogelijk scenario.
Daarbij hanteerde iedereen een ander, van te voren opgegeven, perspectief. De bedoeling is om vanuit aparte gezichtspunten elementen van gemeenschappelijkheid boven tafel te krijgen.


Zo was er het perspectief van Enci: een redelijk uitgewerkt plan voor de groeve, inhoudelijk in grote lijnen gebaseerd op wat je de grootste gemene deler van de eerdere input door alle betrokkenen zou kunnen noemen. Geen spannende elementen, maar wel een beeld dat veel mensen aanspreekt. Voor Enci is leidend dat zo'n plan ertoe leidt dat flink afgraven tot eind 2019 door mag gaan, want dat is tenslotte haar doelstelling. Enci geeft bovendien aan dat zij het gevoel heeft voortdurend te moeten toegeven aan wensen van anderen en daar weinig voor terug krijgt. In mijn ogen het gemopper van een marktkoopman die na een mooie dag met veel omzet geen zin heeft het plein schoon achter te laten.


Ikzelf had de twijfelachtige eer een (godzijdank) fictief kompromis "doorgaan tot 2019" in de rails te zetten. Dat dwong me ertoe na te denken over de essentiële elementen: een einde aan de uitstoot door de vuilverbranding, niet verder graven op plekken waar dat niet meer verantwoord is, een optimale natuurontwikkeling en het creëren van nieuwe werkgelegenheid, zowel in en rond de groeve als op het her te ontwikkelen industrieterrein.

Vervolgens werd vanuit de juridische hoek de "nul-optie" geschetst: wat gebeurt er als er geen plan komt en Enci in 2015 moet stoppen met graven. Een rechttoe rechtaan afwerking volgens verborgen valleien zou dan uiterlijk in 2017 klaar moet zijn. Over het industrieterrein en de grotere omgeving wordt dan niet meer gesproken.

Vanuit de gemeente werd beschreven dat een plan van transformatie veel raakvlakken heeft met ontwikkelingen elders in de stad op het gebied van natuur, rekreatie, industrie(terreinen), etc. Kortom, de gemeente wil vooral nog veel nadenken en heeft nog weinig konkreet beeld voor ogen.

Dan het economisch perspektief. Een verdere invulling van de bedrijvigheid vooral in relatie tot de maalderij waarmee Enci op die plek wil doorgaan. Bedrijvigheid rond bouwmaterialen dus, waarbij in een zonering van het terrein een geleidelijke overgang naar andere aktiviteiten mogelijk is. Eindigend in de overgangsstrook naar de groeve, waar rekreatie en kultuur gerelateerde zaken mogelijk zijn. Belangrijke randvoorwaarde is, wat Enci betreft, dat nieuwe aktiviteiten het funktioneren van Enci niet mogen belemmeren. Daarnaast benadrukte dit verhaal de mogelijkheid om in het grotere gebied aanwezige potenties (fort, chalet, groeve, observant, hoeve, etc.) in samenhang te ontwikkelen.

Tot slot kreeg met een wat wijdsere blik toch ook de verbeelding weer wat ruimte: Laten we toch vooral de voordelen zien van alle kansen die nu geboden worden en de mogelijkheden benutten om voor de stad aantrekkelijke funkties te realiseren.

Voor mij liggen een paar konklusies voor de hand:
De twee uitersten zijn duidelijk: wij vinden dat er zo snel mogelijk na 2015 gestopt moet worden en Enci wil gewoon doorgaan tot 2020 en een plan vaststellen dat daarbij past.
Ook duidelijk is dat nog volstrekt ONduidelijk is hoeveel tijd het kost om welk plan danook uit te voeren.
Gelukkig is er ook "common ground" in beeld: een toekomstige inrichting van het industrieterrein en veel elementen van wat er met de groeve zou kunnen gebeuren zijn in de diverse visies niet zó verschillend, dat dat daar niet een gemeenschappelijk plan uit zou kunnen rollen dat ook nog recht doet aan veel van de input door mensen uit de omgeving.

In mijn ogen is stoppen in 2015 voor de groeve geen belachelijke optie: een "eenvoudige" afwerking conform verborgen valleien wordt door veel mensen akseptabel gevonden en is in 2017 klaar. M.a.w: hoe maken we duidelijk hoeveel extra "tijd" staat tegenover hoeveel extra "plan"? En is die extra tijd wel nodig om zo'n plan uit te voeren of is het "voor wat hoort wat"? Een planperiode tot 2019 (10 jaar) vind ik ook gevaarlijk omdat de dynamiek van het proces dan verloren dreigt te gaan.
Voor mij staat vast dat extra uitstoot in niemands belang is en dat langer graven ten pricipale betekent dat er hoe dan ook steeds minder materiaal in de groeve overblijft. Wat kost het om die uitstoot tijdens extra jaren te beperken? Hoe kun je bijna 5 jaar extra een flink volume aan mergel wegscheppen en toch een groeve met terassen achterlaten?

Er zal uiteindelijk toch een deal gemaakt moeten worden die rechtdoet aan het door de politiek gestelde kader: stoppen tussen 2015 en 2020 waarbij de realisatie van extra kwaliteiten in de afwerking van de groeve een eindpunt ergens na 2015 moeten motiveren. Dat riekt naar een politieke datum: juni 2017. Overigens vind ik dat de ontwikkeling van b.v. het industrieterrein (en dus van de meeste werkgelegenheid) niet persé aan die van de groeve moet worden gekoppeld. De dynamiek is daar van andere zaken afhankelijk. Zoals welke bedrijven wanneer bereid gevonden worden zich er te vestigen. Een eerste fase kan op korte termijn worden ingezet, er ligt tenslotte al terrein braak. Voor Enci nu dood geld dat tot leven gewekt dient te worden.
Bij dat alles is de inpassing in de omgeving wat buiten beeld geraakt. Eén van de deelnemers stelde terecht dat b.v. juist het pontje naar Kobbes moet weer gaan varen.

Kortom, koorddansen gaat stapje voor stapje, maar wèl steeds door.

maandag 9 maart 2009

9 maart 2009 Speelruimte

Over speelruimte gesproken - we zullen nu boven tafel moeten krijgen wat wèl en wat niét bespreekbaar is.

Victor Coenen (de projectleider) stelt daarom voor om een uiterste scenario (stoppen kort voor 2020) als referentie te bediskussiëren.
Voor het andere uiterste, stoppen in 2015, verwijst Coenen naar de MER en dat vind ik niet acceptabel omdat die door Enci zelf is opgesteld. De MER gaat eigenlijk alleen serieus in op langer doorgraven, 2015 als einddatum wordt daar niet echt in detail beschreven. Bovendien staat in de MER dat juist de meest milieu vriendelijke variant die tot 2018 of zo is en dat vindt ik een gotspe (=aantoonbare onzin).

Dus: uitersten verkennen - mij best, maar dan allebei. Òf direct op zoek gaan naar een compromis....

Wat de externe "toetsings"-deskundigen betreft: men wil een klein panel met diverse kwaliteiten plus de voorwaarde dat elke partijen zich minstens in één deskundige kan herkennen.
Als u denkt iemand kunnen/moeten noemen (met zijn/haar expertise gebied): GRAAG.

8 maart 2009 Transparant aan de gang......

"Transparantie", dat moet je gewoon doen.
Verslaglegging en terugkoppeling naar iedereen kan echter een halve dagtaak worden. Ik heb me dus bezonnen op een truukje om dat hanteerbaar te houden. Daarom dit weblog, zodat iedereen kan lezen wat ik uitspook en er op reageren als hij/zij dat nodig vindt. U kunt u daarbij zelfs abonneren op nieuwe stukjes, zodat u vanzelf op de hoogte wordt gehouden.

Omdat de organisatie rond de officiële "encitransformeertnu" website last heeft van aanloop problemen en ik niet langer wilde wachten met verslaglegging naar de achterban, maak ik gebruik van dit google-blog.
Lees mijn ervaringen en raadpleeg de dokumenten die u op
www.encitransformeertnu.nl kunt vinden.
En laat me vooral weten wat u er van vindt.

De projectgroep heeft inmiddels enkele bijeenkomsten achter de rug. Elkaar leren kennen en alle informatie uit de atelier-bijeenkomsten in kaart brengen was tot nu toe de belangrijkste bezigheid. Nu begint de vraag "hoe er mee verder" op tafel te komen en wordt duidelijk dat de verschillende partijen nog lang niet op één lijn zitten. Een belangrijk punt wordt om in beeld te brengen binnen welke grenzen "gepolderd" kan worden. M.a.w, wat is voor partijen onbespreekbaar en wat wel. En kunnen we daaruit een soort masterplan destilleren dat met randvoorwaarden omkleed voor iedereen acceptabel is.


In de diverse discussies is duidelijk op tafel gekomen dat in alle plannen een belangrijke faktor is (1) hoelang de uitvoering ervan gaat duren en (2) wat de meerwaarde is van die langere uitvoering ten opzichte van stoppen in 2015. M.a.w. steeds duidelijk maken wat de winst (voor de eindsituatie) is van langer doorgaan dan 2015.

Tweede konstatering is dat elk plan direct na 2010 bepalend is voor wijze waarop Enci nog in de groeve mag afgraven. Dus ook in de periode 2010-2015 wordt de regie bepaald door hetgeen in het vastgestelde eindplan is vastgelegd.

Verder kan ik melden dat Enci beloofd heeft, dat als ze zelf een "grote vis" dreigen te vinden voor de invulling van het industrieterrein (en dat zou dus andere plannen kunnen doorkruisen), zij dit bijtijds melden en niet als een voldongen feit aan de goegemeente presenteren.

Jan Mans (de voorzitter van de stuurgroep) heeft gepland begin maart een bezoek aan ENCI te brengen. Als hij niet uit zichzelf bedenkt ook een bezoek aan de "maatschappelijke ommelanden" te brengen, zal ik hem binnenkort op dat idee brengen. Het wordt nu wel tijd om de "groete onbekinde" eens te tonen aan het volk.

Alle ingebrachte ideën worden nu verwerkt in een variantenschets. Een dokument dat probeert te ordenen op thema's als "gedurft", "kansrijk" en "behoudend". Daarnaast wordt geprobeert waarden, kwaliteiten en wensen en spookbeelden te formuleren. Belangrijk worden de criteria waaraan uiteindelijke plannen getoetst worden.

Dat worden er waarschijnlijk 3:

1) Het transformatieplan moet een duidelijke toegevoegde waarde hebben ten opzichte van beïndiging van winning en produktie in 2015.

2) Het transformatieplan moet zoveel mogelijk recht doen aan de waarden en kwaliteiten die de omgeving naar voren heeft gebracht.

3) Het transformatieplan moet ambitieus, maar haalbaar zijn.


Het keuzeproces wordt dus nog heel spannend, de (concept) criteria zijn intussen veelbelovend. De vraag is ook hoeveel speelruimte de door de politiek tot nu toe geformuleerde kaders het transformatieprocess feitelijk toestaat.

Op 26 maart is in ieder geval weer een bijpraat avond met iedereen uit de omgeving gepland.

Tot zover een samenvatting van het voorafgaande. Binnenkort meer en meer details.